FC Den Bosch bouwt aan een sterke toekomst

De eerste klap is een daalder waard. Zoiets moeten ze bij FC Den Bosch gedacht hebben nadat de eerste serie wedstrijden in de Keuken Kampioen Divisie, seizoen 2024 – 2025, achter de rug was. Met 9 wedstrijden gespeeld, 5 gewonnen, 3 gelijkgespeeld, 1 verloren en een doelsaldo van 17 vóór en 6 tegen, werd zowaar de eerste periodetitel in de wacht gesleept. Die prachtige seizoenstart voedt de trots in de Brabantse provinciehoofdstad.

Titels worden gewonnen op het veld, niét in de bestuurskamer. Daarom zijn de credits voor de periodetitel in de KKD zeker en verdiend voor de staf en uiteraard de selectie. Toch zal er ook aan de bestuurstafel zeker een klein en bescheiden feestdansje zijn gedaan, om dat succes te vieren. Dat was ook welkom, na de nodige magere jaren, waarin FC Den Bosch tot drie keer toe als negentiende eindigde. Of de periodetitel het begin is van de vette jaren, daar durven zowel Algemeen Directeur Tommie van Alphen als Commercieel Manager Giel Baaij hun vingers niet te branden. Er zijn ambities, daar doet het duo niet geheimzinnig over, maar ze beseffen ook dat goed werk tijd nodig heeft. Bredanaar Baaij werkt iets meer dan twee jaar in De Vliert, van Alphen viert dat jubileum in februari. Feit is dat zij met een missie naar de club zijn gekomen.

Veel hulp

Van Alphen, die hiervoor vijfenhalf jaar bij FC Utrecht actief was en daarvoor ook al als Accountmanager bij FC Den Bosch, komt uit de commerciële hoek. Hij benadrukt dat de stap naar FC Den Bosch en de Keuken Kampioen Divisie een pittige is. “Hier zit niemand die álles beheerst”, klinkt het open. “Ik kan dan ook vanaf de eerste dag al rekenen op veel hulp, van de Raad van Commissarissen, maar ook van Giel. Geld is heel belangrijk voor een Betaald Voetbal Organisatie (BVO). Gemiddeld komt 40 tot 50 % uit sponsorgelden.” Hij proefde bij zijn aantreden direct een gevoel van gelatenheid. “Wij zijn ‘maar’ FC Den Bosch. Zo werd hier geredeneerd. We moeten niet denken dat we NAC zijn, met 18.000 man op de tribune, maar horen niet thuis waar we de voorbije jaren stonden. Wij willen meespelen voor de play offs en 7.000 mensen naar ons stadion trekken.” De FC speelt sinds de degradatie uit de Eredivisie in 2004 op het tweede niveau en zag het daar bijna jaarlijks een stukje minder worden.

Zelfredzamer zijn

Die lijn moet dus worden omgebogen en daar zijn we volop mee bezig. “Om echt stappen te kunnen maken, hebben we nog twee tot drie jaar nodig. Wij willen als club veel zelfredzamer zijn. Dat heeft tijd nodig. De spelers en bovenal de trouwe supporters en sponsoren, verdienen dit ook. Wij hebben qua spelersbudget de veertiende begroting van de 20 teams. Dat was de zestiende. We hebben dus al een stapje gezet. We zijn heel blij met Bernard Schuiteman als Technisch Directeur. Hij heeft een selectie samengesteld die in balans is.” Ook de naam van oud-speler Wim van der Horst valt. “Die doet heel veel, commercieel”, klinkt het vol waardering. Baaij benadrukt hoe belangrijk de verbinding voor de club is: “Met de mensen, de stad, de gemeente. Dan merk je dat je weer the talk of the town bent.” Dat voelt goed maar de heren rekenen zich absoluut nog niet rijk. “Er is zowel sportief als commercieel sprake van gezond realisme”, stelt de Commercieel Manager vast. Zo opereert de kantoororganisatie nu veel meer als team. “We maken elkaar samen sterker.”

Ambitieus

Van Alphen beseft dat de club van heel ver komt. “We zijn ambitieus, maar we lopen dagelijks tegen ons plafond aan”, erkent hij. “Wanneer we verder willen komen, moet er bijvoorbeeld een tribune met skyboxen komen.” De club wil gastvrijheid uitstralen, maar ook sfeer in het stadion, met de fanatieke aanhang aan de zijkant. Daarvoor lijkt het onder handen nemen van het huidige stadion een vereiste. Dan kunnen ook regionale sponsors zich weer nadrukkelijker gaan profileren. Baaij ziet volop mogelijkheden in een verdere uitbouw van de businessclub, die nu ruim 250 leden telt. “Dat waren er een tijdje terug nog 170. Daar zien we de groei dus al.” Hij merkt dat ook veel jonge ondernemers zich door de club aangesproken voelen. Daarbij speelt het live op televisie komen van alle wedstrijden zeker een rol van betekenis. “Succes trekt ook aan”, weet van Alphen. “Zo zit de wereld in elkaar. Vorig jaar trokken we gemiddeld ruim 4.200 toeschouwers. Nu zijn dat er ruim 6.000.”

Lange termijn

Wat de Bossche supporters niet mogen vergeten, is dat de bestuurders van de FC met een lange termijnvisie bezig zijn. Daarvoor moet een stabiele basis, ook commercieel, de kans bieden om verder te groeien. Met kernwaarden als gastvrij, Bosch’ en strijdbaar is dat zeker mogelijk. De jeugdopleiding floreert en ook doet dat beide heren deugd. “Een goede BVO moet nou eenmaal elke zomer jongens verkopen”, slaat van Alphen de spijker op de kop. Het feit dat een aantal spelers vanuit de jeugd de stap naar het eerste elftal heeft weten te maken, is dan een prettige gedachte, ook een gedachte die prikkelt. “We genieten er echt van en zijn teleurgesteld bij mindere resultaten.” Van Alphen en Baaij zien dat de trots op de stad ook weer afstraalt op de club. Daar genieten ze van: “Jongens durven weer met hun FC-shirt aan door de stad heen. Dat is toch prachtig om te zien?”